De 'gerehervormdepinksterbaptoliekenkerk' zei hij en hij keek me lachend aan. 'De wát?' We hadden zojuist een heel mooi gesprekje gehad over hoe zijn geloof zo lauw en gewoontjes was geworden. En dat als hij ging bidden hij bad om gemak en alles om het leven maar zo aangenaam mogelijk te maken. En toen werd hij ziek. En was hij zó aan het denken gezet. Het was weer bijzonder. Over hoe groot God is. Maar ook dat Hij graag op nummer 1 wil staan. Hij als onze maker, als onze Schepper en hoe oncomfortabel dat kan zijn. Want wij doen liever onze eigen zin. Over de zooi in de wereld. De ellende. Gods genade door het offer van Jezus. Hij had alles voor ons over. De eindtijd en het boek Openbaringen. Waar hij in had gelezen en op zoek was gegaan naar antwoorden. Toen vroeg hij naar welke kerk ik ging. En ik vroeg naar de zijne. Z'n antwoord was prachtig en alleszeggend: de gerehervormdepinksterbaptoliekenkerk. 'Zal ik het voor je opschrijven?' vroeg zijn vrouw ...