De wereld is van slag. Corona lijkt ineens verdwenen.
Nu vraagt de oorlog tussen Oekraïne en Rusland onze aandacht. Onze hoofden worden gedomineerd door alles wat er gebeurt. Ik houd het soms bewust een beetje op afstand. Omdat ik genoeg aan mezelf heb. Voelt een beetje egoïstisch, maar toch...
Ik was vorige week dinsdagochtend, toen ik deze blog schreef, ook van slag. Het voelt als iets onbenullig, nu ik eraan terugdenk. Maar ook persoonlijke strijd, in je hoofd of je lijf of je gezin, gaat onverminderd door. Wat een chaos.
Ik zou gezellig met mijn vader naar de Dagbehandeling gaan voor de vijfde chemo. Word ik gebeld door het ziekenhuis. ‘Er is niks aan de hand, hoor’ stelde de oude-rot-in-het-vak-oncologieverpleegkundige mij direct gerust. Je blijft schrikken bij dat telefoonnummer. Altijd. Dat weet ze wel na al die jaren. Ik moest naar de Verpleegafdeling. Er waren zieken en dus te weinig personeel. Daarom werd een paar patiënten, waaronder ik, verzocht naar B2 te gaan voor de chemo. De verpleegafdeling met bedden. Geen gezellige Dagbehandeling met fijne sfeer en gewoon zoals het altijd is. Ik was compleet van slag. Helemaal van de kaart en in tranen. Waarom? Er was toch niks aan de hand?
Ik heb me af zitten vragen waarom ik zo reageerde. Daarom pakte ik de Bible-in-one-year-app erbij, in de hoop dat God iets zou zeggen of dat ik bemoedigd zou worden. Het thema was ‘freedom’. Het ging over Israëls slavernij en de plagen in Egypte. Steeds als Mozes bij de Farao kwam om hem te vragen het volk te laten gaan, verhardde zijn hart. In totaal gebeurde dat wel tien keer. Wat een eigenwijs, egoïstisch portret was die man. Een dictator eigenlijk... Iemand die dacht machtiger te zijn dan God. Hij bleef maar volhouden en vasthouden. Hoe verzin je het. Toch? Ook Petrus en Judas kwamen langs in de andere Bijbelgedeeltes die ik las. Beiden waren vrienden van Jezus, beiden lieten Hem in de steek, beiden kregen berouw, maar ze gingen er beiden wel heel anders mee om. Het was een strijd. Oorlog in hun hoofd zou je het kunnen noemen. Maar uiteindelijk leverde het vrijheid op voor het volk van Israël en ook voor Petrus. Farao luisterde toch naar God en liet Israël gaan. Petrus kreeg een tweede kans en werd vergeven door Jezus.
Los!
Op een of andere manier bekroop me het gevoel, dat ik in bepaald opzicht net zo ben. Net zo vasthoudend met net zoveel oorlog in mijn hoofd.
Het deed me denken aan onze hond. Vroeger. Als we een tak of balletje weggooiden ofzo, moest hij dat weer ophalen en bij ons brengen. Soms wilde hij die tak of dat balletje dan niet loslaten. Los! zeiden we eerst en daarna steeds harder. Net zo lang, totdat hij luisterde.
Ons lieve oppashondje die elke woensdag bij ons kwam, was net zo. Als ik haar balletje wilde hebben, kon ik ‘los!’ roepen wat ik wilde, maar uiteindelijk moest ik het ding uit haar bek wurmen, want ze bleef vaak maar vasthouden en grommen. Ze vertikte het meestal. Loslaten
Er zijn een paar dingen die zich in de afgelopen maanden in mijn hart genesteld hebben. Ik houd ze vast en laat ze niet meer los. Dat wil ik niet. Eigenwijs. Vasthoudend. En als het dan even anders gaat dan anders, moet ik dat loslaten en ga ik ‘grommen’, ben ik van slag. Zo apart. Het zijn kleine dingen die ik toe heb gelaten groot te worden. En dan gaat het een conflict worden in mijn hoofd. Met mezelf. Of met God. Is dat niet hoe oorlog meestal ontstaat? Vasthouden aan mijn eigen gevoel en zin. Koste wat het kost... Omdat het veilig voelt en ik het niet los wil laten. Terwijl ik weet, diep van binnen, dat ik het maar beter wél kan loslaten en er niet zo angstvallig aan moet vasthouden. Ik kan me beter vasthouden aan dat wat nooit verandert, Hem Die nooit verandert, Die mij nooit los zal laten, omdat Hij dat beloofd heeft. Dwars door alles heen. Omdat Hij zoveel van me houdt, dat Hij Zijn eigen Zoon voor me over had. Ik geloof, dat dat échte vrijheid geeft. Als je de strijd opgeeft en je overgeeft aan Hém. Elke dag weer. Psalm 46 vers 11 geeft dat zo mooi weer. Staak de strijd en erken dat ik God ben, verheven boven de volken, verheven boven de aarde.
Al staat gevoelsmatig m'n leven in brand. Of de wereld. Of allebei. Hij staat erboven. Hij draagt de corona (=kroon in Latijn). Altijd. Hoe groot de chaos ook is. Ben ik bemoedigd door de Bible-in-one-year-app erbij te pakken? Het voelt meer als een schop onder mijn achterwerk. Maar ja. Dat heb ik soms ook nodig... En wie niet?
Ik was vorige week dinsdagochtend, toen ik deze blog schreef, ook van slag. Het voelt als iets onbenullig, nu ik eraan terugdenk. Maar ook persoonlijke strijd, in je hoofd of je lijf of je gezin, gaat onverminderd door. Wat een chaos.
Ik zou gezellig met mijn vader naar de Dagbehandeling gaan voor de vijfde chemo. Word ik gebeld door het ziekenhuis. ‘Er is niks aan de hand, hoor’ stelde de oude-rot-in-het-vak-oncologieverpleegkundige mij direct gerust. Je blijft schrikken bij dat telefoonnummer. Altijd. Dat weet ze wel na al die jaren. Ik moest naar de Verpleegafdeling. Er waren zieken en dus te weinig personeel. Daarom werd een paar patiënten, waaronder ik, verzocht naar B2 te gaan voor de chemo. De verpleegafdeling met bedden. Geen gezellige Dagbehandeling met fijne sfeer en gewoon zoals het altijd is. Ik was compleet van slag. Helemaal van de kaart en in tranen. Waarom? Er was toch niks aan de hand?
Ik heb me af zitten vragen waarom ik zo reageerde. Daarom pakte ik de Bible-in-one-year-app erbij, in de hoop dat God iets zou zeggen of dat ik bemoedigd zou worden. Het thema was ‘freedom’. Het ging over Israëls slavernij en de plagen in Egypte. Steeds als Mozes bij de Farao kwam om hem te vragen het volk te laten gaan, verhardde zijn hart. In totaal gebeurde dat wel tien keer. Wat een eigenwijs, egoïstisch portret was die man. Een dictator eigenlijk... Iemand die dacht machtiger te zijn dan God. Hij bleef maar volhouden en vasthouden. Hoe verzin je het. Toch? Ook Petrus en Judas kwamen langs in de andere Bijbelgedeeltes die ik las. Beiden waren vrienden van Jezus, beiden lieten Hem in de steek, beiden kregen berouw, maar ze gingen er beiden wel heel anders mee om. Het was een strijd. Oorlog in hun hoofd zou je het kunnen noemen. Maar uiteindelijk leverde het vrijheid op voor het volk van Israël en ook voor Petrus. Farao luisterde toch naar God en liet Israël gaan. Petrus kreeg een tweede kans en werd vergeven door Jezus.
Los!
Op een of andere manier bekroop me het gevoel, dat ik in bepaald opzicht net zo ben. Net zo vasthoudend met net zoveel oorlog in mijn hoofd.
Het deed me denken aan onze hond. Vroeger. Als we een tak of balletje weggooiden ofzo, moest hij dat weer ophalen en bij ons brengen. Soms wilde hij die tak of dat balletje dan niet loslaten. Los! zeiden we eerst en daarna steeds harder. Net zo lang, totdat hij luisterde.
Ons lieve oppashondje die elke woensdag bij ons kwam, was net zo. Als ik haar balletje wilde hebben, kon ik ‘los!’ roepen wat ik wilde, maar uiteindelijk moest ik het ding uit haar bek wurmen, want ze bleef vaak maar vasthouden en grommen. Ze vertikte het meestal. Loslaten
Er zijn een paar dingen die zich in de afgelopen maanden in mijn hart genesteld hebben. Ik houd ze vast en laat ze niet meer los. Dat wil ik niet. Eigenwijs. Vasthoudend. En als het dan even anders gaat dan anders, moet ik dat loslaten en ga ik ‘grommen’, ben ik van slag. Zo apart. Het zijn kleine dingen die ik toe heb gelaten groot te worden. En dan gaat het een conflict worden in mijn hoofd. Met mezelf. Of met God. Is dat niet hoe oorlog meestal ontstaat? Vasthouden aan mijn eigen gevoel en zin. Koste wat het kost... Omdat het veilig voelt en ik het niet los wil laten. Terwijl ik weet, diep van binnen, dat ik het maar beter wél kan loslaten en er niet zo angstvallig aan moet vasthouden. Ik kan me beter vasthouden aan dat wat nooit verandert, Hem Die nooit verandert, Die mij nooit los zal laten, omdat Hij dat beloofd heeft. Dwars door alles heen. Omdat Hij zoveel van me houdt, dat Hij Zijn eigen Zoon voor me over had. Ik geloof, dat dat échte vrijheid geeft. Als je de strijd opgeeft en je overgeeft aan Hém. Elke dag weer. Psalm 46 vers 11 geeft dat zo mooi weer. Staak de strijd en erken dat ik God ben, verheven boven de volken, verheven boven de aarde.
Al staat gevoelsmatig m'n leven in brand. Of de wereld. Of allebei. Hij staat erboven. Hij draagt de corona (=kroon in Latijn). Altijd. Hoe groot de chaos ook is. Ben ik bemoedigd door de Bible-in-one-year-app erbij te pakken? Het voelt meer als een schop onder mijn achterwerk. Maar ja. Dat heb ik soms ook nodig... En wie niet?
Reacties
Een reactie posten
Bedankt voor je reactie!