'Volgens mij ken ik jou. Volgens mij hebben we hier allebei in de stoel gezeten.'
Ik had haar wel herkend, maar me niet gerealiseerd dat het hierdoor was. Ze vroeg hoe het met me ging en ik vertelde dat m'n eerste controles goed waren. En hoe het dan met haar was. Ze kwam hier al vier jaar. En nu ging het wat minder. De zoveelste kuur proberen. Maar goed. Wel het haar weer terug. Dat is heel fijn. En elke dag is er weer eentje. Dat je je dan bijna schuldig voelt, omdat jij wél genezen bent, al is er altijd die slag om de arm, gevoelsmatig... En ik was uitgepraat. En het voelde niet helemaal oké.
En er was een gesprekje met twee verpleegkundigen die me allebei weleens geholpen hebben in zo'n stoel. Jaloers op m'n lengte en dat ik slank ben. En lekker bruin. Nou ja. Ik biechtte op, dat ik wel wat last heb van compensatiegedrag. Ik zocht een tegenprestatie om m'n vrouwelijkheid dan maar op een andere manier te gaan benadrukken. Door wat netter te worden. Minder casual. Zodat ik me toch vrouwelijk voel, ondanks m'n gebrek aan voorgevel en lang haar. Maar het was goed gelukt, zei een van hen. En dat voelde dus wel oké.
En de zoektocht na verlies. Dat ze wel weer een maatje zou willen. Maar niet dacht dat hij dat ook wilde. Hij snapt die toespelingen niet, hoor. Het is een man. En die zijn allemaal hetzelfde. Je moet het gewoon duidelijk zeggen. En we lachten ons rot. Ook al was ze 30 jaar ouder dan ik. We leken net een stel pubers. Maar het maakte niet uit, want het was gewoon fijn. En dan maakt leeftijd geen bal meer uit. Blijkbaar. Dus dat is echt oké.
Toen probeerde ik nog even een afspraak te maken. Voor een gesprekje bij de plastisch chirurg. Op aanraden van. Niet omdat het moet, maar omdat het kan. En omdat het toch belangrijk is, dat het er mooi uit ziet, als je 39 bent. Tja, daar heeft hij misschien wel een punt. Ook al ben ik eigenlijk wel tevreden. Maar praten kan altijd. En dan zien we wel weer of ik het ga doen of niet. De afspraak laat nog even op zich wachten. Ik heb ook geen haast. Dus dat is oké.
Zo laad ik even op. Therapie. Want dat is het ook voor mij. En dan gaan we weer door. Er moeten nog lessen worden voorbereid. En een huis gesopt. En een zwem4daagse gezwommen met de kinderen. Want het leven roept. En dat je dat krijgt, is niet vanzelfsprekend. Dat besef ik me steeds weer, als ik hier rondloop. En ook al mis ik en wilde ik en denk ik zoveel, dan weet ik weer hoeveel redenen tot dankbaarheid ik heb. Thuis met m'n lieve kids en zorgzame vent. Op school, met m'n (h)eerlijke leerlingen om te praten over verhalen en het leven. En hier, op Oncologie, door gewoon te zijn. Met al die mensen, waar ik zo van ben gaan houden. Die weten hoe het is. En dan is 'zijn' al genoeg. En al doet het weleens zeer, dan ben ik toch zó dankbaar. Dus als ik dan moet zeggen, hoe het gaat, is dat 'meer dan oké!'.
Reacties
Een reactie posten
Bedankt voor je reactie!